Het onstaan

De Eurasier is een jong ras. Ontstaan in de 2e helft van de 20e eeuw, na 1960.  Bij het onstaan van de Eurasier zijn een aantal mensen van grote invloed geweest...

 

Konrad Lorenz  

De diergedragswetenschapper en latere Nobelprijs winnaar Konrad Lorenz, schreef in 1949 het boek: “Er redete mit dem Vieh, den Vögeln un den Fischen”. In dit boek maakte hij een verdeling in twee groepen honden:

• de Canis Lupus, de meer wolfsachtige honden Hij dichtte deze kwaliteiten toe aan rassen zoals de Lappenhonden, Russische Laika’s, Samojeden, Chow-chows en Malamuts.

Canis Aureus, Die veel sterker gedomesticeerd zijn, zoals herdershonden, doggen en jachthonden.

Lorenz ging van het idee uit dat het karakter van een hond bestaat uit een combinatie van delen "Lupus"en delen "Aureus". De ene hond heeft meer eigenschappen van het eerste type, terwijl de andere meer eigenschappen van het tweede type toont.

Lorenz was vooral geinteresseerd in "trouw" bij de hond. En dan vooral het soort trouw van een hond die de "baas" als een vriend voor het leven ziet, op basis van gelijkheid, zonder slaafs te zijn. Deze eigenschap vond hij vooral terug in het karakter van de Canis Lupus.

In 1950 verschijnt zijn boek : "So kamm der mensch auf den Hund." In dit boek beschrijft Lorenz de karaktereigenschappen van Stasi, het produkt van een ongeplande dekking tussen Bibi, een herdershondreu en de chow chow dame Pygi, de hond van zijn vrouw.....

 

Later in de tijd zal het karakter van Stasi een leidraad worden bij de tot standkoming van de Eurasier. 

 

Julius Wipfel:
Na de tweede Wereldoorlog was het gezin van Julius Wipfel op zoek naar een hond. Zij haalden er eentje uit het asiel, die hoogstwaarschijnlijk daar was achtergelaten door Canadese militairen. De “Candadees”,zoals hij genoemd werd, paste zich heel snel aan in het gezin. Uiterlijk zag hij er uit als een zwarte uitvoering van het type noordelijke sledehond. Hij was heel intelligent, lief voor de zoon des huizes en bovendien erg waaks, zozeer zelfs dat hij zich tegenover vreemden nogal “vervaarlijk”kon gedragen.

Na de dood van de "Canadees" enkele jaren later zocht het gezin Wipfel naar een waardige opvolger. De keuze viel op een Wolfspitsteefje Bella v.d. Waldmühle die er ongeveer net zo uitzag, heel lief en mooi was, maar helaas toch niet helemaal de vergelijking met de Canadees kon doorstaan. Volgens Julius Wipfels opperde zijn vrouw toen het idee om zelf dan maar een hond te gaan fokken die eruitzag zoals Bella en de geliefde Canadees. Maar die qua karakter toch wat eigenschappen van de de Canadees zou hebben.

Ondertussen had meneer Wipfel zich in de hondenliteratuur gestort en stuitte hij bij toeval op het boek van Konrad Lorenz, "So kamm der Mensch auf den Hund"dat handelde over de toevallige Chow/Herder kruising Stasi. Door deze beschrijvingen enthousiast geworden wilde Julius Wipfel het ras de Chow Chow wel eens wat beter leren kennen.

 

Charlotte Baldamus

Met een aantal enthousiaste geestverwanten, waaronder Charlotte Baldamus, start men begin jaren 60 met een poging om een hond te fokken die de beste eigenschappen van de Aureushonden en de Lupus honden in zich verenigt. Hiervoor gebruikt men de Wolfspits Bella v.d. Waldmuhle en haar dochters, die gepaard worden aan een aantal Chow reuen. Deze kruisingen worden WOLFS-CHOWS genoemd. Iedere "echte"Eurasier met een stamboom draagt een stukje "Jägerhof", de kennelnaam van mevr. Baldamus in zich.

 

Begin jaren zeventig wordt  een start gemaakt met het inkruisen van de samojeed, om het karakter wat vriendelijker te maken.

 

Konrad Lorenz, wiens boeken de bron van inspiratiebron en leidraad waren voor zowel Julius Wipfel en Charlotte Baldamus, kwam pas met de Wolf-chow in contact in 1972, toen hij “Lotus vom Jägerhof “(kennelnaam van mevr. Baldamus) zag. Hij was meteen heel enthousiast, omdat Lotus hem heel erg aan Stasi (die dan natuurlijk allang dood is) deed denken.

Later dat jaar komt Nanette vom Jägerhof (ook wel Babett) genaamd als pup bij hem. Hij noemt haar het teefje met het beste karakter dat hij ooit bezeten heeft.

Leuk detail is dat hij met de lichaamsbouw van Babett iets minder tevreden was... Hij vond dat de achterkant van Babet er lief en komisch uitzag, maar niet zo erg passend bij de voorkant, met haar kop die meer aan een wolf deed denken.

In die zelfde tijd, nadat ook de Samojeed zijn bijdrage heeft geleverd aan de vorming van het ras, bedenkt Julius Wipfel de naam EURASIER

 

Voor meer informatie over het ontstaan en de ontwikkeling van de Eurasier verwijzen we u naar de boeken pagina.